BOPA Kennisbank

Deskundig advies en volledige begeleiding in ruimtelijke ordening.
Wij maken uw plannen mogelijk!

Wat is een BOPA en waarvoor wordt deze gebruikt?

Een buitenplanse omgevingsplanactiviteit (BOPA) is een omgevingsvergunning om een activiteit toe te staan die niet past binnen de regels van het geldende omgevingsplan en ook niet vergunningvrij is. Het bevoegd gezag kan de BOPA verlenen wanneer de activiteit planologisch aanvaardbaar wordt geacht en past binnen een evenwichtige toedeling van functies aan locaties. De BOPA wijzigt het omgevingsplan niet; zij vormt een afzonderlijk besluit waarmee de afwijking van de planregels wordt gelegaliseerd.

Een BOPA is noodzakelijk wanneer het initiatief in strijd is met één of meer regels van het omgevingsplan (bijvoorbeeld functiewijziging, maatvoering of gebruik), terwijl de initiatiefnemer de activiteit toch wil realiseren en het bevoegd gezag die afwijking in beginsel wil toestaan. Het kan gaan om zowel bouw- als gebruiksactiviteiten, alsmede om planologische besluiten die de situering, bouwmassa en functies vastleggen.

Een OPA ziet op activiteiten die binnen de regels van het omgevingsplan passen en daarop worden getoetst. Bij een BOPA wijkt de activiteit af van die regels. De beoordelingskaders en belangenafweging zijn bij een BOPA sterker gericht op de ruimtelijke aanvaardbaarheid en de evenwichtige toedeling van functies aan locaties.

In beginsel is het college van burgemeester en wethouders bevoegd gezag voor BOPA-besluiten binnen de gemeente. In uitzonderingen kan de provincie (Gedeputeerde Staten) bevoegd gezag zijn, bijvoorbeeld bij activiteiten van provinciaal belang of specifieke ‘magneetactiviteiten’. In die gevallen gelden aanvullende advies- en instemmingsvereisten.

Ja. Het bevoegd gezag kan in de vergunning opnemen dat de activiteit tijdelijk is en onder welke voorwaarden zij wordt beëindigd of teruggebracht naar de oude situatie. Voorwaarden en voorschriften worden zodanig geformuleerd dat handhaafbaarheid en beëindiging zijn geborgd.

Nee. Een BOPA wijzigt het omgevingsplan niet. Het is een afzonderlijk besluit dat een specifieke afwijking toestaat. Gemeenten kunnen BOPA’s later verwerken in een planherziening of integrale actualisatie van een omgevinsplan, zodat beleid en regels weer aansluiten bij de praktijk.

De beoordeling vindt plaats binnen de Omgevingswet en onderliggende amvb’s (zoals Bkl en Omgevingsbesluit), het omgevingsplan, relevante instructieregels van rijk en provincie, en toepasselijke sectorale wetgeving. Het kernbegrip is een evenwichtige toedeling van functies aan locaties (ETFAL); daarnaast kan het bevoegd gezag voorschriften verbinden.

Ja. Een gecombineerde aanvraag is mogelijk via het Omgevingsloket. Dit bevordert integraliteit en voorkomt deelbesluiten. De vergunning bevat dan voorschriften per deelactiviteit, afgestemd op de totale ontwikkeling.

Een BOPA moet passen binnen instructieregels (bijvoorbeeld over natuur, waterveiligheid of verstedelijking). Indien strijd bestaat, kan in enkele gevallen ontheffing van instructieregels worden gevraagd. Dit vereist een zorgvuldige motivering en afstemming met het bevoegde gezag.

Veel gemeenten verwerken verleende BOPA’s periodiek in het omgevingsplan, zodat het plan actueel blijft. Dit is beleidsmatig wenselijk; het voorkomt stapeling van vergunningafwijkingen en vergemakkelijkt latere handhaving.

Hoe verloopt de aanvraagprocedure van een BOPA?

De aanvrager dient digitaal via het Omgevingsloket een complete aanvraag in. Het bevoegd gezag toetst op compleetheid, vraagt zo nodig adviezen (bijvoorbeeld Omgevingsdienst, provincie of waterschap), beoordeelt de ruimtelijke aanvaardbaarheid en neemt vervolgens een besluit. Na publicatie start de bezwaar- of beroepsfase, afhankelijk van de gevolgde procedure (regulier of uitgebreid).

Een BOPA-procedure verloopt doorgaans in de volgende fasen:

1, Vooroverleg – Bespreken van het plan met de gemeente om beleidskaders, onderzoeksvereisten en participatieafspraken vast te stellen.
2. Opstellen – Uitvoeren van benodigde onderzoeken, opstellen van de ruimtelijke onderbouwing BOPA/ ETFAL-motivatie en organiseren van participatie.
3. Indiening – Digitale indiening via het Omgevingsloket, inclusief alle vereiste documenten en onderzoeksresultaten.
4. Beoordeling door de gemeente – Toetsing aan wet- en regelgeving, beleid en onderzoeksresultaten. Indien nodig wordt advies ingewonnen bij bijvoorbeeld waterschap of provincie.
5. Ontwerp- of conceptbesluit (indien uitgebreide procedure) – Publicatie voor zienswijzen.
6. Definitief besluit – Gemeente verleent of weigert de BOPA, met eventuele voorschriften.
7.Publicatie – Bekendmaking van het besluit en start van de bezwaar- of beroepstermijn.

BNO zorgt voor een goede onderbouwing zodat de aanvraag inhoudelijk sterk is en de procedure zonder onnodige vertraging kan worden doorlopen.

De totale doorlooptijd van een BOPA hangt af van de complexiteit van het plan, de gekozen procedure en eventuele benodigde onderzoeken. Gemiddeld moet rekening worden gehouden met:

1. Vooroverleg – 2 tot 4 weken, afhankelijk van agenda’s en reactietijd van de gemeente.
2. Opstellen – 4 tot 8 weken voor onderzoeken, opstellen ruimtelijke onderbouwing en participatie.
3. Indiening & beoordeling – Bij de reguliere procedure: 8 weken beslistermijn, met een mogelijke verlenging van 6 weken.
4. Ontwerp- en zienswijzenfase (alleen uitgebreide procedure) – Extra 6 tot 12 weken.
5. Publicatie & rechtsbescherming – De vergunning wordt na besluit gepubliceerd; bezwaar- of beroepstermijnen lopen parallel aan de uitvoering, mits geen schorsing plaatsvindt.

In de praktijk betekent dit dat een reguliere BOPA vaak circa 12 tot 20 weken duurt van eerste overleg tot besluit, terwijl een uitgebreide procedure 4 tot 8 maanden kan beslaan.
BNO zorgt voor een strakke planning, parallelle uitvoering van taken en duidelijke communicatie, zodat de procedure zo vlot mogelijk doorlopen wordt.

Aanbevolen wordt om vroegtijdig vooroverleg te voeren met de gemeente, benodigde onderzoeken te bepalen, participatie met omwonenden te organiseren, en de ruimtelijke onderbouwing en tekeningen te laten afstemmen. Dit verkleint het risico op aanvullingsverzoeken en versnelt de behandeling.

Bij de reguliere procedure is de beslistermijn 8 weken na ontvangst van een complete aanvraag. Het bevoegd gezag kan deze termijn eenmaal verlengen met maximaal 6 weken. De termijn kan worden opgeschort als de aanvraag onvolledig is en een aanvulling wordt gevraagd.

De uitgebreide voorbereidingsprocedure geldt in specifieke gevallen (bijvoorbeeld op basis van wet of indien het bevoegd gezag deze van toepassing verklaart op de BOPA). De beslistermijn bedraagt in dat geval 26 weken (met mogelijkheid tot verlenging), met voorafgaand een ontwerpbesluit en de mogelijkheid voor zienswijzen.

Afhankelijk van complexiteit ligt de totale doorlooptijd veelal tussen 12 en 20 weken bij een reguliere procedure. Hierin zijn voorbereiding (2–8 weken), onderzoeken en participatie (2–8 weken) en besluitvorming (8–14 weken) meegerekend. Complexe projecten of externe adviezen kunnen dit verlengen.

Bij termijnoverschrijding kan de aanvrager het bevoegd gezag schriftelijk in gebreke stellen. Er is onder de Omgevingswet geen vergunning van rechtswege; het bestuursorgaan blijft verplicht te beslissen.

Als stukken ontbreken, kan het bevoegd gezag om aanvulling vragen. De beslistermijn wordt opgeschort totdat de aanvulling is ontvangen of de hersteltermijn is verstreken. Tijdig en compleet indienen voorkomt vertraging.

Bij de aanvraag moet worden aangegeven óf en hoe participatie heeft plaatsgevonden en wat de resultaten zijn. De gemeenteraad kan categorieën aanwijzen waarvoor participatie verplicht is. Een zorgvuldig participatieverslag versterkt de motivering en vermindert risico’s in bezwaar en beroep.

Ja. Het bevoegd gezag publiceert het besluit (kennisgeving) en vermeldt expliciet dat het om een BOPA gaat. Daarmee start de rechtsbeschermingstermijn.

Ja. Het bevoegd gezag kan voorschriften verbinden om belangen te borgen (zoals gebruiksbeperkingen, mitigerende maatregelen of monitoring). Voorwaarden moeten noodzakelijk, proportioneel en handhaafbaar zijn.

Wie kan een BOPA-aanvraag indienen?

De initiatiefnemer kan de aanvraag indienen, desgewenst via een gemachtigde (bijvoorbeeld een adviseur of architect). De indiening verloopt via het landelijke Omgevingsloket.

Minimaal vereist zijn: aanvraagformulier via het Omgevingsloket, actuele situatietekening, projectbeschrijving, ruimtelijke onderbouwing met motivering van de aanvaardbaarheid, participatieverslag, en – indien nodig – onderzoeksrapporten (zoals bodem, geluid, ecologie, verkeer).

Ja. De ruimtelijke onderbouwing vormt de kern van de aanvraag. Hierin worden beleid, omgevingsaspecten en effecten in samenhang beoordeeld, en wordt gemotiveerd dat de ontwikkeling planologisch aanvaardbaar is.

Gebruikelijk zijn: verbeelding van situering en massa (plattegronden, aanzichten, doorsneden), kadastrale ondergrond, fotopresentaties en – indien relevant – impressies. Specificaties sluiten aan bij de gevraagde activiteiten.

Hoewel niet verplicht, is vooroverleg raadzaam. Dit helpt om beleidskaders, onderzoeksplicht en participatierichtlijnen te verduidelijken en verrassingen tijdens de behandeling te voorkomen.

Participatie is als aanvraagvereiste verplicht om te melden; de gemeenteraad kan voor bepaalde gevallen participatie daadwerkelijk verplicht stellen. Het participatieverslag beschrijft aanpak, betrokken stakeholders en resultaten.

Publicatie van het besluit is verplicht. Daarnaast kan de aanvrager in het kader van participatie omwonenden actief informeren en betrekken via informatieavonden, brieven of digitale kanalen.

Het bevoegd gezag verzoekt om aanvulling binnen een redelijke termijn. Tot de aanvulling wordt de beslistermijn opgeschort. Wordt niet of onvoldoende aangevuld, dan kan de aanvraag buiten behandeling worden gelaten.

Kleine wijzigingen zijn doorgaans mogelijk. Bij substantiële wijzigingen kan het nodig zijn om de aanvraag in te trekken en opnieuw in te dienen, of de beslistermijn te verlengen. Afstemming met de behandelend casemanager is essentieel.

De aanvrager doorloopt een vragenboom, voegt documenten toe en dient de aanvraag digitaal in. Het loket bevestigt ontvangst en verstrekt statusupdates. Machtiging van een adviseur is mogelijk. Download de handleiding van BNO voor indiening.

Welke toetsingscriteria hanteert het bevoegd gezag?

Het bevoegd gezag toetst of de activiteit leidt tot een evenwichtige toedeling van functies aan locaties (ETFAL), in samenhang met relevante beleidskaders en instructieregels. Daarnaast worden sectorale aspecten (zoals geluid, verkeer, natuur, externe veiligheid, water) gewogen. Zo nodig worden voorschriften verbonden.

Weigering kan volgen als de activiteit niet planologisch aanvaardbaar is, strijdig is met dwingende instructieregels of onvoldoende is gemotiveerd, of wanneer onderzoek aantoont dat een goed woon- en leefklimaat niet kan worden gewaarborgd.

Afhankelijk van het onderwerp wordt advies gevraagd. De Omgevingsdienst adviseert vaak over milieuaspecten, het waterschap over waterhuishouding en de provincie over provinciale belangen. In uitzonderingen is instemming vereist.

Voor bouwkundige veranderingen wordt vaak een welstands- of stedenbouwkundig advies gevraagd. Dit advies wordt betrokken bij de afweging om tot verlening of weigering te komen en kan leiden tot voorschriften.

Ja, voor BOPA’s bestaat die mogelijkheid. Dit gebeurt met name bij complexere of gevoelige cases waarin een ontwerpbesluit en zienswijzen gewenst zijn. Het verlengt de beslistermijn, maar verbetert de zorgvuldigheid.

Een BOPA kent in beginsel geen automatische vervaldatum. Vaak wordt in de vergunning een aanvangs- of uitvoeringsplicht opgenomen (bijvoorbeeld start binnen 2 jaar), zodat het besluit niet onnodig ‘sluimerend’ blijft.

Wijziging is mogelijk via een wijzigingsvergunning. Intrekking kan onder meer bij onjuiste gegevens, het niet (tijdig) benutten van de vergunning of ernstige strijd met publieke belangen. De motivering moet deugdelijk zijn.

De onderbouwing beoordeelt effecten integraal. Indien cumulatie leidt tot overschrijding of een onaanvaardbaar leefklimaat, zijn mitigerende maatregelen of herontwerp nodig. Zonder voldoende borging en goede onderbouwing wordt de BOPA waarschijnlijk geweigerd.

De gemeenteraad kan adviesrecht hebben of participatie voor bepaalde gevallen verplicht stellen. De exacte rol volgt uit lokale verordeningen en beleidskaders.

Na bekendmaking start de bezwaar- of beroepstermijn. De aanvrager kan starten zodra de vergunning onherroepelijk is of wanneer geen schorsende werking geldt. Eventuele aanvullende vergunningen (zoals bouwen) kunnen nog nodig zijn.

Wat zijn de kosten van een BOPA?

De kosten van een BOPA-procedure bestaan uit twee onderdelen:
– Gemeentelijke leges – deze verschillen per gemeente.
– Kosten voor het opstellen van de BOPA en onderzoekskosten – BNO werkt met transparante offertes, zodat vooraf duidelijk is wat het opstellen van een BOPA kost en de eventuele aanvullende onderzoeken. 

Het opstellen van een reguliere BOPA is maatwerk en afhankelijk van de omvang van de gewenste afwijkingen. De kosten voor bijvoorbeeld het wijzigen van de bestemming of het gebruik van een bestaand pand tussen kost ongeveer tussen de €1.500 en €3.000. Uitgebreidere BOPA’s, bijvoorbeeld voor een functiewijziging van gronden of het realiseren van meerdere gebouwen kost meer dan €3.000.
BNO zorgt voor een helder kostenoverzicht vooraf, vraagt indien nodig offertes op bij gespecialiseerde bureaus en rekent deze 1-op-1 door, zonder opslag. Zo weet u precies waar u aan toe bent en betaalt u nooit te veel.

Naast de kosten voor het opstellen van de BOPA zijn er kosten leges en kunnen er aanvullende kosten zijn. Dit kan gaan om advies- en begeleidingskosten, kosten voor onderzoeken (bodem, geluid, ecologie, verkeer, etc.), teken- en ontwerpkosten, participatiekosten en – indien van toepassing – kosten voor m.e.r.-(beoordeling). BNO werkt met transparante offertes en rekent externe kosten 1-op-1 door, zodat u precies weet waar u aan toe bent.

Leges verschillen per gemeente en kunnen gebaseerd zijn op vaste tarieven of de bouwsom. De legesverordening van de betreffende gemeente geeft de actuele bedragen. Vooraf inzicht vragen voorkomt verrassingen.

Veelvoorkomende onderzoeken zijn bodemkwaliteit, geluid (weg/spoor/industrie), luchtkwaliteit, externe veiligheid, verkeer & parkeren, ecologie/soorten, archeologie/cultuurhistorie en water(keten). De exacte set volgt uit locatie en plan. Per situatie wordt daarom gekeken welke onderzoeken nodig zijn.

De kosten van aanvullende onderzoeken zijn maatwerk en hangen af van de locatie, het type ontwikkeling en de specifieke onderzoeksvereisten. Daarom kan vooraf geen vast bedrag worden genoemd.
BNO vraagt voor ieder onderzoek een offerte bij gespecialiseerde bureaus aan. De afgesproken prijs wordt 1-op-1 doorbelast aan de initiatiefnemer, zonder opslag. Zo bent u verzekerd van een marktconforme prijs en de juiste expertise voor uw project.

Als uit een beleids- en bronneninventarisatie volgt dat een milieu- of omgevingsaspect evident geen impact heeft, kan worden volstaan met een beknopte onderbouwing. Dit moet plausibel en navolgbaar zijn in de ruimtelijke onderbouwing.

Een quickscan verkent risico’s en onderzoeksplichten vroegtijdig. Hiermee worden vertraging en onnodige kosten voorkomen en kan gericht vervolgonderzoek worden uitgezet als dat echt nodig is. BNO werkt met transparante offertes en rekent externe kosten 1-op-1 door, zodat u precies weet waar u aan toe bent.

Bij activiteiten die drempelwaarden of criteria uit de m.e.r.-regelgeving raken, is een aanmeldnotitie m.e.r.-beoordeling of een volwaardige m.e.r. nodig. Dit beïnvloedt procedurekeuze en doorlooptijd.

Met CROW-kentallen en locatie-specifieke uitgangspunten wordt de verkeersgeneratie en parkeerbehoefte bepaald. Indien knelpunten worden verwacht, kunnen mitigerende maatregelen noodzakelijk zijn. Gemeentelijke normen kunnen afwijkend zijn?

De watertoets is een verplichte beoordeling van de effecten van een plan op waterveiligheid, waterkwaliteit en waterkwantiteit. Hierbij wordt gekeken naar zaken als afvoer van regenwater, bescherming tegen overstroming en het behoud van een goede waterkwaliteit.
BNO zorgt voor een heldere onderbouwing in de BOPA.

Door integraal te toetsen op geluid, lucht, veiligheid, daglicht en gezondheid. Indien nodig worden maatregelen (zoals gevelmaatregelen, zonering, inpassing groen) als voorschrift vastgelegd.

Is bezwaar mogelijk tegen een BOPA-besluit?

Ja. Bij een reguliere procedure kan binnen 6 weken na bekendmaking bezwaar worden gemaakt. Het bestuursorgaan heroverweegt het besluit en kan dit handhaven, wijzigen of herroepen.

Bij de uitgebreide procedure wordt eerst een ontwerpbesluit ter inzage gelegd. Belanghebbenden kunnen zienswijzen indienen. Na het definitieve besluit staat rechtstreeks beroep bij de rechtbank open.

Nee. Bezwaar schorst de vergunning niet automatisch. Voor schorsing is een voorlopige voorziening bij de voorzieningenrechter nodig.

Belanghebbenden zijn onder meer direct omwonenden en partijen met een objectief, persoonlijk en actueel belang. De exacte kwalificatie volgt uit de Awb en jurisprudentie.

De behandelingstermijn verschilt per bestuursorgaan en rechtbank. Indicatief varieert bezwaar tussen 6–18 weken, beroep 6–12 maanden. Complexiteit en werklast beïnvloeden de duur.

Ja. Het bestuursorgaan kan het besluit wijzigen of aanvullende voorschriften opnemen. Soms is een nieuwe aanvraag of wijzigingsvergunning praktischer om de oplossing te borgen.

Nieuwe feiten kunnen aanleiding geven tot heroverweging of intrekking, zeker als de vergunning op onjuiste of onvolledige informatie berustte. Een zorgvuldige dossiervorming is daarom essentieel.

Wat doet BNO in het voortraject van een BOPA?

In het voortraject zorgt BNO voor een solide basis, zodat de BOPA-aanvraag compleet, goed onderbouwd en kansrijk is. Dit omvat:
– Haalbaarheidscheck: toetsen van het plan aan wet- en regelgeving en beleidskaders.
– Beleids- en omgevinginventarisatie: in beeld brengen van relevante gemeentelijke, provinciale en rijksregels.
– Onderzoeksstrategie: bepalen welke milieu- en omgevingsonderzoeken nodig zijn.
– Participatieadvies: aanleveren van het participatieformat en advies over een passende aanpak.
– Afstemming met de gemeente: vooroverleg om kaders, aandachtspunten en verwachtingen helder te krijgen (meerwerk).
Door deze werkwijze legt BNO in het voortraject de fundering voor een efficiënte procedure en een sterke onderbouwing van de aanvraag.

BNO stelt de definitieve onderbouwing op en kan onderzoeken coördineren, de aanvraag indien via het Omgevingsloket en begeleidt de beantwoording van vragen en adviezen tot en met het besluit.

Door parallel te werken, tijdig vooroverleg te voeren, en de aanvraag compleet en consistent in te dienen, kan BNO de doorlooptijd beperken. Bovendien bewaakt BNO termijnen en stuurt op snelle reactiecycli.

BNO hanteert vaste prijzen per opdracht. Prijzen zijn afhankelijk van complexiteit. Desgewenst worden pakketten aangeboden inclusief onderzoeken.

Het organiseren van participatie ligt bij de initiatiefnemer zelf en kan in iedere gewenste vorm plaatsvinden.
BNO helpt graag op weg door een praktisch participatieformat aan te reiken, waarmee reacties en ideeën van omwonenden eenvoudig kunnen worden verzameld en vastgelegd.
Dit format is via deze link direct te downloaden, zodat het resultaat kan worden opgenomen in de BOPA.

Ja. BNO schakelt specialistische bureaus in (bijv. geluid, bodem, ecologie), bewaakt kwaliteit en planning, en integreert de resultaten in de onderbouwing. Het is ook mogelijk dat een opdrachtgever zelf zorgt draagt voor aanlevering van de externe onderzoeksrapporten.

BNO hanteert een ‘kansen- en risicoanalyse’ op basis van beleid, omgevingsaspecten en participatie. De analyse geeft een transparant beeld van haalbaarheid en aandachtspunten. Deze analyse wordt vooraf met de opdrachtgever besproken.

BNO stelt de BOPA en ruimtelijke onderbouwing op en borgt dat provinciale en waterschappelijke kaders (o.a. natuur, waterveiligheid/-kwaliteit, verstedelijking) inhoudelijk worden onderbouwd.
BNO levert en licht de benodigde stukken en analyses toe in de BOPA (bijv. input voor de watertoets).
De gemeente is bevoegd gezag en verzorgt—indien nodig—de formele afstemming en eventuele advies-/instemmingsvragen aan provincie en waterschap. BNO ondersteunt inhoudelijk, maar vraagt geen formele adviezen namens de gemeente.

Ja. BNO levert inhoudelijke ondersteuning aan gemeentelijke besluitvorming en aan de initiatiefnemer bij bezwaar en beroep, bijvoorbeeld via aanvullende motivering of het aanpassen van voorschriften.

De BOPA/ ETFAL motivatie voorzien van bijlagen. Deze kunnen bestaan uit participatieverslagen, onderzoeken en overige relevante documenten.

Nee. BNO kan geen garantie geven op een positieve beoordeling of verlening van een BOPA. De uiteindelijke beslissing ligt bij het bevoegd gezag (meestal het college van burgemeester en wethouders) en is afhankelijk van meerdere factoren, zoals wet- en regelgeving, beleidskaders, onderzoeksresultaten, adviezen van ketenpartners en eventuele zienswijzen of bezwaren.

BNO streeft wel de kans op maximaal succes na door:
een grondige haalbaarheids- en risicoanalyse vooraf;
tijdig vooroverleg met de aanvrager en gemeente;
een volledige en consistente ruimtelijke onderbouwing met alle benodigde onderzoeken;
strakke planning en termijnbewaking.
Hoewel een resultaatsgarantie niet mogelijk is, hanteert BNO een inspanningsverplichting om de aanvraag zo sterk en compleet mogelijk in te dienen.

Een vaste doorlooptijd hangt mede af van het bevoegd gezag en eventuele externe adviezen, waardoor deze niet volledig te garanderen is.
BNO zorgt er wél voor dat het traject zo voorspelbaar en efficiënt mogelijk verloopt door een strakke planning, duidelijke communicatie en proactieve afstemming met alle betrokken partijen. Zo wordt onnodige vertraging voorkomen en de kans op een vlotte afronding vergroot.

Ja. Kleine verschuivingen in massa, oriëntatie of programma kunnen de uitvoerbaarheid vergroten. BNO adviseert hierover in samenhang met onderzoekseisen en beleid.